Leon Annokkee, algemeen directeur Telstar: 'Voetbal is van iedereen'

Leon Annokkee, algemeen directeur Telstar: 'Voetbal is van iedereen' Foto: Michel ter Wolbeek en SC Telstar | TEKST Esther Daniëls

Hij moest er even over nadenken, over ons verzoek om een interview. Leon Annokkee, sinds juli 2023 algemeen directeur bij voetbalclub Telstar, is er de figuur niet naar om het podium op te eisen. Daarmee zet hij een andere, meer zakelijke toon dan zijn voorganger Pieter de Waard, die met zijn flamboyante bestuursstijl zeventien jaar lang het gezicht was van de club. Nu de eerste 18 maanden van Leons dienstverband erop zitten, zijn we benieuwd naar zijn ervaringen en plannen met ‘De Club van Vis en Staal’. Wie is hij, waar staat hij voor en welke gedeelde belangen ziet hij tussen zijn Witte Leeuw(inn)en en het bedrijfsleven in de IJmond? Belangrijke vragen om te stellen, en gelukkig kregen we daartoe alle ruimte: Leon zei ‘ja’ en wij togen naar het 711 Stadion.

Leon, bij jouw aantreden zei je ‘Er wachten mij grote schoenen om te vullen’. Doelde je daarmee op jouw illustere voorganger?
“Nee, niet zo specifiek. Ik ben Leon en Pieter is Pieter. Hij heeft het zeventien jaar lang op zijn unieke manier gedaan, en ik doe het nu op de mijne. Qua missie, visie en strategie bouw ik voort op de basis die hij heeft gelegd, maar mijn grootste opdracht was het aanbrengen van meer structuur. Mede om die reden koos de club bewust voor iemand van buitenaf, die met een frisse blik naar de organisatie zou kijken. Rondom Telstar waren allerlei commissies, verenigingen en subclubjes ontstaan, waarvan onvoldoende duidelijk was wie wat precies deed, en met welk doel voor ogen. Er lagen een paar lastige dossiers op een oplossing te wachten. Het was vooral daar dat ik de match voelde: de hands-on mentaliteit van deze club ligt mij en er is veel te doen. Ik ben niet de juiste man om op de winkel te passen, ik moet ergens mijn tanden in kunnen zetten. Dat bedoelde ik eigenlijk meer met die grote schoenen, die me trouwens prima blijken te passen.”

Je hebt jarenlang het voorzitterschap van FC Lisse gecombineerd met een baan in de financiële sector. Vanwaar de overstap naar het betaald voetbal?
“Bij Lisse heb ik sinds 2016 een paar belangrijke stappen mogen zetten. De introductie van het vrouwenvoetbal, het professionaliseren van de jeugdopleiding, de adoptie van een nieuw bestuursmodel en – als slagroom op de taart – een nieuwe accommodatie. Toen we kampioen werden en van de derde naar de tweede divisie promoveerden, ben ik nog een jaar aangebleven. Het was fijn om te oogsten wat we met elkaar gezaaid hadden, maar langzamerhand brak er ook een natuurlijk moment aan om na te denken over de toekomst. Ik werd vijftig, werkte fulltime bij ING en stak daarnaast nog zo’n 25 uur in de club. Wilde ik dat blijven doen? Het was geen midlife crisis in de vorm van een motor en een tattoo, maar wel het besef van de keuze. Precies op dat moment werd ik gewezen op het aangekondigde vertrek van Pieter bij Telstar. Ik wilde altijd al weten hoe het werkt in het professionele voetbal, en dit was mijn kans. De voetballerij is een onzekere wereld, waarin een algemeen directeur gemiddeld twee jaar aanblijft, maar ik wil later niet met mijn biljartkeu in het bejaardenhuis staan met een gevoel van ‘had ik maar…’. Aan de gesprekken met de aandeelhouders en de raad van commissarissen hield ik een goed gevoel over. Er was een duidelijke match, en dus waagde ik de sprong en heb ik mijn baan opgezegd.”

De kernwaarden van Telstar zijn strijdlustig, saamhorig, sympathiek en spraakmakend. Herkenbaar voor jou?
“Zeker. Zonder strijd kom je er niet. Je moet er echt samen iets van maken. Dat zit in deze club ingebakken en daar voel ik me zeer senang bij. Als directeur ben ik niet meer of minder belangrijk dan de vrijwilliger die hier al veertig jaar rondloopt of de topscoorder van het team. Ieder heeft zijn eigen rol en die van mij is het nemen van beslissingen.

Een voorbeeld: ik was hier nog maar een half jaar werkzaam toen we afscheid hebben genomen van de hoofdtrainer. Dat was in de geschiedenis van Telstar nog nooit eerder voorgekomen, maar het was nodig, juist omdat de saamhorigheid in deze samenwerking niet tot haar recht kwam. Een ander voorbeeld is de aanpak van de organisatiestructuur, die ten goede kwam aan de duidelijkheid en de korte lijnen binnen de club. Dat heeft rust gebracht. Kijk, dit is een opleidingsclub, en dat geldt voor alle gelederen. Ik wil dat iedereen zijn rol pakt en zich kan blijven ontwikkelen, ook de mensen op kantoor of in de sales. Tegelijkertijd wil ik wel weten wat er speelt, want als er iets misgaat, is het mijn kop die op het hakblok ligt.

Dan ben ik degene die met mijn poffertjeshoofd voor de camera wordt geroepen om uitleg te geven. Daar loop ik niet voor weg, want ik draag de verantwoordelijkheid voor Telstar, maar dan moet ik wel goed op de hoogte zijn. Daarin ben ik hard op de inhoud, maar met hart voor de mensen.”

En dat ‘spraakmakend’ dan?
“Dat slaat voor mij vooral op het voetbal dat we laten zien. Ons spel draait om veel meer dan de winst alleen. Het publiek wil iets hebben om naar te kijken, ze willen passie zien, en strijd. En ja, daar mag soms best een rauw randje aan zitten, want in die vechtlust zit ook de beleving van ons voetbal. ‘Spraakmakend’ betekent voor mij niet dat ik voortdurend de publiciteit moet opzoeken. Ik ben veel beter in één-op-ééngesprekken. In het stadion heb ik ook geen vaste stoel. Liever loop ik rond om met iedereen een praatje te maken. Dat past ook bij Telstar, en bij de regio, waarin ik veel herken van de mentaliteit in de Duin-en-Bollenstreek. Doe maar gewoon. Alles en iedereen loopt hier gewoon door elkaar heen. Dat is ook wat ik beoogde met de organisatieveranderingen: Eén Telstar, met elkaar verbonden door onze kernwaarden. Dat alle collega’s in dat verhaal zijn meegegaan, ook als het lastige beslissingen met zich meebracht, verdient een groot compliment.”

Je pleit ook nadrukkelijk voor een maatschappelijke rol voor de club.
“Ja, want daarin schuilt ook de toekomstbestendigheid. Ik wil Telstar meer zichtbaarheid geven als Huiskamer van de IJmond. Het voetbal is immers van iedereen, en daarom wil ik ook dat iedereen zich hier thuis voelt. Daarbij kijk ik ook in de richting van het bedrijfsleven. Op vrijdagavond zijn ondernemers bij onze Businessclub natuurlijk van harte welkom voor bier en bitterballen, maar ik zou die samenwerking graag meer inhoud geven. Deze regio heeft een enorme potentie en dito uitdagingen, en als club willen wij daar iets in betekenen, iets teruggeven aan de samenleving. Waar liggen ondernemers wakker van? Op welke gebied kunnen we uitgroeien tot echte partners van elkaar? Neem zoiets als het tekort aan personeel. Wij hebben hier een directe toegang tot grote groepen jongeren, die we met elkaar een toekomst kunnen bieden. Of een thema als vitaliteit en gezondheid: daarvan hebben wij als sportorganisatie alle kennis in huis en die delen we graag. Telstar kan voor ondernemers een mooi uithangbord zijn, zeker als we die partnerships voorzien van een maatschappelijke betekenis.”

Zullen we over 5 jaar opnieuw afspreken, in hoeverre je ambities dan verwezenlijkt zijn?
“Poeh, zover kijk ik niet eens, ik heb geen idee wat de toekomst brengt. In het betaald voetbal kan alles gebeuren. We zijn weliswaar een mkb- bedrijf, maar we liggen onder het vergrootglas van de multinational, dus je weet nooit wat de dag gaat brengen. Het enige wat ik weet, is dat ik de club stapje voor stapje beter wil maken. Mensen zullen het niet altijd eens zijn met mijn beslissingen, maar inmiddels weten zij wel dat ik ze neem in het belang van de club. Het is soms een hele bedoening om alle kikkers in de kruiwagen te houden, maar de basiszaken hebben we nu goed op orde. Telstar doet het goed, zeker als je kijkt naar het spelersbudget dat we tot onze beschikking hebben, en we staan met beide benen in de samenleving. De club leeft. Aan die toekomst van de Witte Leeuwen lever ik graag mijn bijdrage.” 

 


Reacties

WhatsApp us!